Als je wilt weten of je een werkwoord in de verleden tijd (of als voltooid deelwoord) met een -d of een -t moet schrijven, dan gebruik je ‘t kofschip.
Wat is ’t kofschip?
’t Kofschip is een ezelsbruggetje waarmee je de (stemloze) medeklinkers ch, f, k, s, t en p kunt onthouden: ’t kofschip. Dit zijn de medeklinkers die in de verleden tijd een t krijgen.
Hoe werkt ’t kofschip?
1. Zoek de stam van het werkwoord.
2. Kijk of de laatste letter van de stam voorkomt in ’t kofschip.
3. Eindigt de stam op een letter uit ’t kofschip? Dan krijgt het werkwoord in de verleden tijd en in het voltooid deelwoord een -t. Zo niet, dan schrijf je een -d.
- posten: stam post– > in ’t kofschip? ja > ik postte, hij heeft gepost
- beslissen: stam beslis- > in ’t kofschip? ja > hij besliste, we hebben beslist
- faxen: stam fax- > in ’t kofschip? ja > jij faxte, ik heb gefaxt
- mailen: stam mail– > in ’t kofschip? nee > jij mailde, ze heeft gemaild
- verhuizen: stam verhuiz- > in ’t kofschip? nee > ik verhuisde, ze zijn verhuisd
Een moderne variant: ’t ex-kofschip
Bij de medeklinkers van ’t kofschip gaat het eigenlijk om de klanken /ch/, /f/, /k/, /s/, /t/ en/p/, en niet om de letters.
Voorbeeld: de stam van het werkwoord faxen eindigt op de letter x (niet in ’t kofschip), maar op de klank /s/. Die zit wel in ’t kofschip, dus gefaxt moet met een t. Dat zorgt nogal eens voor verwarring. Daarom is er in de moderne variant van ’t kofschip een x toegevoegd: tegenwoordig leren kinderen op school ’t ex-kofschip.
Andere namen voor ’t kofschip
Voor het ouderwetse woord kofschip (wie weet tegenwoordig nog wat dat is?) zijn een aantal alternatieven bedacht, waarvan de bekendste ‘t sexy fokschaap is. In zijn Schrijfwijzer draagt Jan Renkema een aantal alternatieven aan, voor bijzondere doelgroepen:
- pokkeschoft (voor lastige hangjongeren)
- uitschuifkip (voor kopers van kiloknallers)
- soft-ketchup (voor anderstaligen die moeite hebben met de g-klank)
- xtc-koffieshop (voor drugsgebruikers)